“Complementaire munten zijn de toekomst. De conventionele ideeën om onze economieën te redden, raken op.” (Bernard Lietaer, monetair architect)
Bernard Lietaer is een van de architecten van de Euro. Deze economist draait zijn hand niet om om onconventionele theorieën aan de man te brengen. Hij sprak enkele weken geleden in de Antwerpse Opera voor een volle zaal. Zijn uitkomst voor de crisis is simpel: "We hebben meer geld nodig, en daarvoor moeten we aan diversiteit denken." Dat eerste wisten we al. Maar waar halen we het vandaan? Gewoon van de drukpers, is de oplossing van Lietaer.
Hij noemt het een uitdaging voor de financiële wereld. Banken en aandelenmarkten kreunen onder de crisis, Griekenland staat op de rand van het failliet en de euro beleeft een heuse systeemcrisis.
Geld is niets nieuws in ons leven, het rolt elke dag door onze vingers, elk moment van de dag staan we erbij stil: maar wat weten we ECHT af van geld? Hoe werkt het, wat gebeurt er als we minder kopen?Hij noemt het een uitdaging voor de financiële wereld. Banken en aandelenmarkten kreunen onder de crisis, Griekenland staat op de rand van het failliet en de euro beleeft een heuse systeemcrisis.
Geld is de spil van onze samenleving, en dit wereldwijd. Als we aan geld denken, zien we de bankbiljetten voor onze ogen rollen. Wat houden die stukjes papier in? 'Verpakte schuld' zegt Lietaer. Het is een weerspiegeling van ons nationaal krediet, de relatie tussen reserve en schuld. Sinds het ontstaan van deze biljet (17de eeuw) hebben we een opeenvolging van crisissen gehad die onvermijdelijk verbonden zijn met een nationale munt.
Patacon, 'officieel namaak'geld van de provincie Buenos Aires |
Officiele Argentijnse peso |
lecop, ter vervanging van de argentijnse peso |
In Argentinië voerde ze dit systeem in , in de crisisjaren 2002-2003. Dit voor een korte tijd, op het moment dat de crisis dodelijk was: er werd bijna geen nationale munt uitgegeven die niet 100 keer omgedraaid was, het geld rolde niet meer, en dat is dodelijk voor elke crisis. De staat betaalde toen zijn werknemers met de Patacon, de Argentino en de Lecop, al naargelang in welke provincie je werkte. Dit geld kon alleen plaatselijk worden uitgegeven voor bepaalde dingen. De factuur in je supermarkt kon je tot 35% betalen met de Patacon, je belastingen 25%, medicatie 90% enzo. Dit hield in dat de Argentijnse pesos even gespaard bleef, en de lokale regeringen in de provincies terug op adem konden komen. Het leek de redactie in die tijd een beetje op monopolie spelen, maar het blijkt dus een goed werkend economische oplossing te zijn.
Die Argentijnen zijn nog zo gek niet....soms.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten