Dit voorjaar had elke kok zijn mening klaar over de smaak van Belgisch wit-blauw rundvlees. Wat hebt u onthouden van de heisa? Is een randje vet aan het vlees wel of niet nodig?
Stefaan De Smet: Het leek alsof koks appels met peren gingen vergelijken. Wit-blauw rundvlees was plots niet goed genoeg, maar ze vergeleken de biefstuk die zij op restaurant serveren wel met een doordeweekse biefstuk. Bovendien hoorden we enkel chefs die geen wit-blauw serveren terwijl er genoeg zijn die dat wel doen en er zelfs mee uitpakken. Goed bereid, valt op de smaak van wit-blauw rundvlees niets aan te merken, al is het qua smaakintensiteit door het weinige vet niet de nummer één. Smaak is bovendien een erg individuele ervaring en verbonden met cultuur en gewoontes. Hier wil de consument mager vlees, elders in de wereld moet het vlees zichtbaar gemarmerd zijn met vet.
Kunnen wetenschappers dergelijke discussies objectiveren?
Klassieke
sensorische kenmerken zoals malsheid, kleur en smaak van vlees worden
al 50 jaar lang onderzocht. Smaak is veruit het moeilijkst te
beschrijven, al hebben we inmiddels zicht op de factoren en de
verschillende componenten die bijdragen aan de smaak van vlees. Het is
mogelijk om discussies over smaak te objectiveren, alleen ga je dan
voorbij aan de verschillen in consumentenvoorkeur. Consumentenpanels die
mogen proeven van rundvlees afkomstig van verschillende rassen en
productiesystemen, bestempelen niet systematisch één type rundvlees als
het smakelijkste. Dat komt omdat lokaal geproduceerd rundvlees door zijn
vertrouwde smaak nog het meest weet te overtuigen. Dat de smaak van
wit-blauw rundvlees bij ons toch ter discussie stond, toont dat een Belg
geen groot chauvinist is. lees meer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten