In de sociologie en onder sociologen roert er wat. Men kan het makkelijke excuus niet meer gebruiken om de schuld op de generatiekloof of op de ouders te werpen. Het moet gedaan zijn om de verantwoordelijkheid van ons af te schuiven, dat vind allesinds Maya Witters die Oscar van den Boogaard bekritiseerd voor zijn mini-generatieoorlog. Er is vooreerst niet zoiets als een homogene ‘generatie', en
als dat al zo was, dan nog geeft het geen pas om haar van alles de
schuld te geven.
Maya Witters vindt dat veralgemening niet opgaat, ook niet voor één generatie. Wat is trouwens ‘een generatie'? Waar liggen haar grenzen, en in welke mate vormt zij een eenheid?
Een ander excuus wordt ook vaak doorprikt, de schuld van de ouders, onze opvoeders... Daar loopt ook het een en ander mank en vandaar dat we hierdoor fouten maken. Maar waar valt dan de schuld van onze ouders op? Op hun ouders? Zo kunnen we nog wel een einde verder gaan en komen we inderdaad uit bij de moeder en vader van allen: Adam en Eva.
Is het niet eenvoudiger om de hand in eigen boezem te steken, of zoals Alice Nahon het zegt:
t is goed in ‘t eigen hert te kijken
Nog even voor het slapen gaan
Of ik van dageraad tot avond
Geen enkel hert heb zeer gedaan.
Of ik geen ogen heb doen schreien
Geen weemoed op een wezen lei
Of ik aan liefdeloze mensen
een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns herten
Dat ik één droefenis genas
Dat ik mijn armen heb gewonden
Rondom één hoofd, dat eenzaam was...
Dan voel ik, op mijn jonge lippen
Die goedheid lijk een avond-zoen...
‘t is goed in ‘t eigen hert te kijken
en zo z’n ogen toe te doen. Alice Nahon
Maya Witters is een twintiger, een opkomende om zich heen schoppende pronte dame. Ze heeft van de collumnisten niet te vernemen dat de schuld van haar domme dingen in 't leven niet bij haar ligt maar bij haar voorgangers op deze planeet. Ik wil niet spreken voor mijn generatie, ik wil voor mezelf praten. Het irriteert me namelijk dat mensen als Pieter Cortebeeck (DS 27 maart) menen dat ze wel kunnen spreken in mijn naam. Cortebeeck gaat er klaarblijkelijk van uit dat zijn tirade tegen de ‘generatie' voor ons de stem van dé twintiger representeert.
Wat Maya zeker wil rechtzetten is dat ze zich niet teleurgesteld of in de war voelt. Zoals zij zich zou moeten voelen als lid van 'haar generatie'. Ook voelt ze zich niet ‘voorgelogen en geïndoctrineerd', en al helemaal niet ‘systematisch verkracht door een waardesysteem'. Inderdaad zware beschuldigingen van de heren columnisten van De Standaard naar eigenlijk twee generaties toe.
Maya denkt verder dan Cortebeeck die de generatie van zijn ouders de schuld geeft aan de wereld waarin we leven, de wereld van oorlogen in alle hoeken van onze planeet. 'De huidige generatie der twintigers heeft voor deze wereldproblemen niet gekozen, maar krijgen ze wel op hun brood' schrijft hij.
Maya Witters vindt dat veralgemening niet opgaat, ook niet voor één generatie. Wat is trouwens ‘een generatie'? Waar liggen haar grenzen, en in welke mate vormt zij een eenheid?
Een ander excuus wordt ook vaak doorprikt, de schuld van de ouders, onze opvoeders... Daar loopt ook het een en ander mank en vandaar dat we hierdoor fouten maken. Maar waar valt dan de schuld van onze ouders op? Op hun ouders? Zo kunnen we nog wel een einde verder gaan en komen we inderdaad uit bij de moeder en vader van allen: Adam en Eva.
Is het niet eenvoudiger om de hand in eigen boezem te steken, of zoals Alice Nahon het zegt:
t is goed in ‘t eigen hert te kijken
Nog even voor het slapen gaan
Of ik van dageraad tot avond
Geen enkel hert heb zeer gedaan.
Of ik geen ogen heb doen schreien
Geen weemoed op een wezen lei
Of ik aan liefdeloze mensen
een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns herten
Dat ik één droefenis genas
Dat ik mijn armen heb gewonden
Rondom één hoofd, dat eenzaam was...
Dan voel ik, op mijn jonge lippen
Die goedheid lijk een avond-zoen...
‘t is goed in ‘t eigen hert te kijken
en zo z’n ogen toe te doen. Alice Nahon
Maya Witters is een twintiger, een opkomende om zich heen schoppende pronte dame. Ze heeft van de collumnisten niet te vernemen dat de schuld van haar domme dingen in 't leven niet bij haar ligt maar bij haar voorgangers op deze planeet. Ik wil niet spreken voor mijn generatie, ik wil voor mezelf praten. Het irriteert me namelijk dat mensen als Pieter Cortebeeck (DS 27 maart) menen dat ze wel kunnen spreken in mijn naam. Cortebeeck gaat er klaarblijkelijk van uit dat zijn tirade tegen de ‘generatie' voor ons de stem van dé twintiger representeert.
Wat Maya zeker wil rechtzetten is dat ze zich niet teleurgesteld of in de war voelt. Zoals zij zich zou moeten voelen als lid van 'haar generatie'. Ook voelt ze zich niet ‘voorgelogen en geïndoctrineerd', en al helemaal niet ‘systematisch verkracht door een waardesysteem'. Inderdaad zware beschuldigingen van de heren columnisten van De Standaard naar eigenlijk twee generaties toe.
Maya denkt verder dan Cortebeeck die de generatie van zijn ouders de schuld geeft aan de wereld waarin we leven, de wereld van oorlogen in alle hoeken van onze planeet. 'De huidige generatie der twintigers heeft voor deze wereldproblemen niet gekozen, maar krijgen ze wel op hun brood' schrijft hij.
De wedervraag van Maya is of haar grootouders er dan vrijelijk voor kozen om één,
misschien wel twee wereldoorlogen mee te maken? Hebben de miljoenen
Ieren die in de jaren 1840 uit hongersnood het land moesten ontvluchten
een vrije keuze gemaakt?
Elk leven komt met harde en zachte kanten, niemand kiest voor zijn leven waarin hij terecht komt, noch voor de situatie waarin we leven of onze omgeving. Onzekerheid is zeker geen uitvinding van deze nieuwe jonge generatie, merkt Maya op. De volgende jonge generatie zal dan weer de schuld op de twintigers van vandaag steken, zo draait de wereld verder en modderen we verder maar wat aan.
Eens uitkomen voor waar we wel voor kiezen en de problemen aanpakken zonder te kniezen, is misschien iets nieuws, of niet, we moeten nu weer niet elke keer opnieuw het warm water uitvinden.
Als ik één ding geleerd heb van mijn ouders, is het wel dat de wereld niet zo simpel in elkaar zit. De mens heeft al te vaak de neiging om voor zijn moeilijkheden één zwart schaap te zoeken, dat zwart schaap af te straffen, en dan te doen alsof het probleem daarmee opgelost is.
Pleidooi van Maya Witters over geluk, een wijze les (bron DS)
Elk leven komt met harde en zachte kanten, niemand kiest voor zijn leven waarin hij terecht komt, noch voor de situatie waarin we leven of onze omgeving. Onzekerheid is zeker geen uitvinding van deze nieuwe jonge generatie, merkt Maya op. De volgende jonge generatie zal dan weer de schuld op de twintigers van vandaag steken, zo draait de wereld verder en modderen we verder maar wat aan.
Eens uitkomen voor waar we wel voor kiezen en de problemen aanpakken zonder te kniezen, is misschien iets nieuws, of niet, we moeten nu weer niet elke keer opnieuw het warm water uitvinden.
Als ik één ding geleerd heb van mijn ouders, is het wel dat de wereld niet zo simpel in elkaar zit. De mens heeft al te vaak de neiging om voor zijn moeilijkheden één zwart schaap te zoeken, dat zwart schaap af te straffen, en dan te doen alsof het probleem daarmee opgelost is.
Pleidooi van Maya Witters over geluk, een wijze les (bron DS)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten