zondag 2 december 2012

DR-I , deel I

Een jaar Di Rupo I. Misschien nog te vroeg om een bilan op te maken. Toch staat deze regering in de kijker en wordt ze meer geanalyseerd dan elke andere regering voorheen. Na meer dan 500 dagen zonder regering, een slopende politieke crisis, legde Di Rupo met zijn ploeg de eed af als 'Belgische nationale regering'. Heeft dit team zijn doelen kunnen waarmaken? Is Di Rupo een eerste minister voor alle Belgen? Heeft hij het hart van Vlaanderen kunnen ontdooien? Gaat de be.economie de goede weg op?

Op 1 december 2011, 541 dagen na een land zonder schipper, slaagde Di Rupo erin om een akkoord te maken met 6 partijen, waaronder die van hem. Zij vormden een meerderheid om België te besturen, niettegenstaande een paar partijen zwaar verloren hadden bij de verkiezingen. De PS, MR, CDH,CD&V, SP.A en Open VLD. Op de dag van Sinterklaas werd de regering Di Rupo I geïnstalleerd. 
Criticasters hadden hun ondergang nog hetzelfde jaar voorspeld, doch de ploeg zit er nog steeds en levert, naar eigen zeggen, zeer goed werk af. Geloven in jezelf is een belangrijke stap naar succes. Dat DR-I zoveel uiteenlopende visies kan combineren, was een verborgen talent van onze premier. 

De regeringsploeg doet het niet flamboyant maar ook niet slecht. De crisissen die op Di  Rupo I lagen te wachten, waren niet mals: een eurocrisis, een arbeidsmarkt crisis en een uitdaging om de Belgen terug op 1 lijn te krijgen met een staatshervorming, splitsing BHV.
In het teken van de eurocrisis loerde het lot van Griekenland en Spanje over onze schouders, doch de Belgische begroting lijkt Europees in orde. De pers en oppositie verweten Di Rupo dat hij te vlak was en de regeringsverklaring over de begroting zonder passie voorlas. Een rode draad doorheen DR-I: op de vlakte en passieloos. De premier komt afstandelijk over. Communicatie is niet zijn grootste troef, het Nederlands is verbeterd, maar het blijft nog steeds een magere koe.
Communiceren met vechtende kinderen op de schoolbanken is ook niet makkelijk. Vaak zitten de 6 regeringspartijen elkaar degelijk in de haren, de rellen lekken ook gretig uit naar de pers. De onderhandelingen worden vaak buitenskamers of in de persroom gehouden.
Toch kan Di Rupo het  binnen de perken houden. Hij beweegt zich met stijl, komt presidentieel over, een nieuwigheidje voor Vlaanderen, net iets anders dan de 'jonge van de wetstraat' zoals je de vorige premiers kon noemen. Hierdoor ontdooit Di Rupo Vlaanderen niet, maar respect is er wel.
De begroting valt in het kader van wat Europa vraagt, we neigen naar de 2.15% die we over de schreef mogen gaan. Zelfs de oppositie moet toegeven dat België er redelijk goed voorstaat, in vergelijking tot onze Europese collega's.
Het enige dat in nauwe schoentjes komt te zitten, is het ondernemingschap, een heet hangijzer, vooral in Vlaanderen. De ondernemingslust van een Belg is legendarisch, een socialistische regering kapt daar uiteraard graag de scherpe hoekjes af. Di Rupo wilde de koopkracht van België niet inbinden, besparingen werden dus gezocht op gebied van de ondernemer. De consumerende Belg mocht niet veel hinder ondervinden. Di Rupo lijkt er in geslaagd te zijn om de melk af te romen en toch niet het onderste uit de kan te halen. Met de inzet van Crombé, een voorstander van de dialoog en harde hand, en het intomen van Delanotte, zou het wel eens kunnen dat Di Rupo I de verhouding ondernemer/arbeider zou kunnen wijzigen in positieve zin. Deze twee groepen werken van 's morgens tot 's avonds, met volle inzet en passie voor hun job, als DR hen in dialoog kan brengen dit met respect naar elkaar toe, als partners in socio-economisch standpunt en niet 'in crime', zou Di Rupo een van de beroemdste premiers van ons land kunnen worden. Kritiek en aanvallen zal je altijd hebben, toch treedt er hier en daar een dialoog op, een uitgestoken hand om samen te werken.
De zwarte kantjes aan DR-I zijn toch wel zware dobbers, vooral voor de weg die Vlaanderen al een tijdje is ingegaan en de weg die Wallonië de laatste tijd een economische boost had gegeven: innovatie en investering in opleiding. De Belgische arbeider is duur, als dit gepaard gaat met een hoge technische en technologische opleiding, is dat een troef meer. Juist daar wordt nu door DR-I op bespaard. 


De enige doorn in de grote teen van DR-I is de N-VA. De grootste partij in Vlaanderen houdt zich redelijk stil en kijkt wat DR-I uitspookt. Als Belgische partijen zijn ze gelijkwaardig, de PS en de NV-A, alleen is de ene de Premier van het land en de andere...nog geen burgemeester. 
Toch ligt DR-I wakker van zijn Vlaamse partijcollega. Wat is hij van zin? Wil hij een totale afscheuring, zal hij bij de volgende nationale verkiezingen de Belgen vertrappelen? Wat is zijn idee over co-federalisme? Di Rupo heeft al wel taboes op de Belgische tafel geworpen en opengetrokken, hoewel zonder veel passie, maar er loert nog wat in het politieke struikgewas en het is ook aan Di Rupo om dit in de ogen te kijken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten